Beste organisatie 6-sept-1997
(M.S.Ter Haseborg)
Hoe kun je de best gepresteerde organisatie van een judo tournooi
bepalen luidt de probleem stelling .
Daartoe ken ik maar twee systemen welke redelijk eerlijk zijn :
a: Bepaal een vast aantal judoka's per organisatie welke bepaald
zijn voor de kwaliteit . De som van hun individule behaalde
resultaten is bepalend voor de rang volgorde van de organisatie .
(B.v. geef 10 judoka's op , nadeel is dat organisatie met minder
deelnemers buiten de boot vallen , voordeel dat de uitkomst niet
afhangkelijk is van het deelname aantal van de organisatie .)
(b.v. 1e prijs is 3 punten , 2e prijs is 2 punten en 3 is 1 punt)
(deze telling is gewijzigd naar idee van Julian Baas 05-04-2012 .
daar de hierboven genoemde telling lijde tot meerdere gelijkluidende
plaatsing van Organisatie’s . Nu 1e 210 , 2e 90 en 3e 30 punten +
aantal deelnemers van deze poule .)
b: Bepaal van iedere organisatie wat hun nominale resultaat grens is.
Bepaal de resultaten van een organisatie t.o.v. hun nominale grens.
De ranking van deze laatst verkregen waarde bepaald hun kwaliteit .
De nominale resultaat grens is bepaald door het aantal deelnemers
van de orgnisatie vermeningvuldigd met de kans dat een deelnemer
een prijs wint . De kans dat een deelnemer een prijs wint is
bepaald door het aantal prijzen gedeeld door het aantal deelnemers.
(V.b stel 100 prijzen , 500 deelnemers dan is de prijzenkans 0.2(20%)
de nominale kwaliteit voor een orgnisatie A met 5 deelnemers is 1
de nominale kwaliteit voor een orgnisatie B met 50 deelnemers is 10
Hier voor geldt org_pr - org_deelnemers*(tot_prijzen/tot_deelnemers)
Voor A 1-5*0.2 =0 (20%) Voor B 5-50*0.2 = -5 (10%)
3-5*0.2 =2 (75%) 15-50*0.2 = 5 (30%)
4-5*0.2 =3 (80%) 40-50*0.2 = 30 (80%)
De gedachte is dat een organisatie welke eerste over zijn nominale
grens is groeit per behaalde prijs . Dit betekend dat organisatie
met kleine deelnemer aantallen snel over hun nominale grens uitstijgen
doch een organisatie met veel deelnemers kan na overschrijden van
de nominale grens sneller groeien . Daar men de kwalitatief beste
organisatie wil hebben wordt alleen gekeken naar de 1e en 2e prijs .
In de praktijk blijkt dat org. met klein aantal deelnemers (4 t/m 8)
vaak makelijk hun normwaarde halen . Waarschijnlijk omdat deze veelal
hun evaren judoka's sturen (scoring is 40 t/m 80 %) .
De grotere organisatie (20 t/m 40 deelnemers) hebben veel meer moeite
om de norm waarde tehalen , zodra ze deze hebben onstaat meestal een
gevecht om wie de beste is . Waarschijnlijk is dit tewijten aan het
feit dat de verzameling judoka's grotere verschillen in ervaring
heeft en de kans groter wordt dat meerdere judoka's in de zelfde klasse
zitten (scoring is 30 t/m 50 %) . (De scorings getallen gelden alleen
voor die organisatie's welke boven hun normgrens uitkomen.)
Het voordeel van deze methode is dat men kijkt naar de kwaliteit van
de alle deelnemers van een organisatie . Nadeel is dat organisatie met
kleine deelnemer aantallen moeilijker eerste of tweede kunnen worden .